1.3 Sturen op kwaliteit
Realisatie Meerjarenstrategie 2022-2026
In het jaar 2024 hebben we ons vooral gericht op het initiëren van activiteiten. Alle organisatieonderdelen droegen daaraan bij, in co-creatie met studenten/leerlingen en externe partners. Zij hadden daarbij een grote mate van vrijheid in prioritering en een aanpak, passend bij hun onderwijs, doelgroep en omgeving. De koers van Vova en Vavo is op onderdelen afwijkend van de centraal geformuleerde strategische thema’s dragen op eigen wijze bij aan het gezamenlijke doel.
Om de ontwikkelingen te kunnen volgen, beschreven de organisatieonderdelen in strategiekaarten op welke veranderingen zij wilden inzetten en hoe ze deze wilden realiseren. De strategiekaarten zij gebaseerd op het denken in veranderpaden en bieden een kader voor het begrijpen van de verbanden tussen acties en verwachte effecten.
Het komend jaar zullen wij ons vooral richten op de impact van ons handelen. We voeren de dialoog met onze interne en externe stakeholders over in hoeverre ons handelen leidt tot het doel. Dit levert input voor het heroverwegen van onze acties. Tevens zullen we de doelstelling op elk thema vertalen naar indicatoren die iets zeggen over de verandering die we willen bewerkstelligen en deze monitoren in een dashboard.
Planning- en controlcyclus
Het toezien op de onderwijskwaliteit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur en de directies van de mbo-colleges en vo-scholen. In de beleidskaders en kwaliteitscyclus borgen de Raad van Bestuur en de collegedirecties het proces waarbinnen kwalitatief goed onderwijs tot stand komt. De planning- en controlcyclus binnen het ROCvA-F is ingericht als een cyclisch proces dat in alle organisatieonderdelen (mbo-colleges, vo-scholen, teams, domeinen en centrale diensten) gevolgd wordt. Zo wordt de verbinding gelegd tussen ‘waar willen wij naartoe’ (meerjarenstrategie), ‘waar staan we en wat hebben we bereikt’ (staat van de instelling) en ‘wat willen we bereiken en wat gaan we doen’ (jaarplannen).
De cyclus start met de jaarlijkse kaderbrief en begrotingsbrief. Op basis hiervan maken alle organisatieonderdelen hun jaarplannen, inclusief de financiële uitwerking hiervan in de jaar- en meerjarenbegrotingen. Driemaal per jaar wordt met alle organisatieonderdelen de voortgang besproken aan de hand van sturingsinformatie op het gebied van onderwijs, personeel en financiën. Aan het eind van het jaar wordt op alle niveaus het afgelopen jaar geëvalueerd: wat zijn de resultaten, welke impact is daarmee gemaakt, welke trends zien we en wat betekent dat alles voor het vervolg.