Bijlage 7 Verantwoording Kwaliteitsagenda 2024-2027
In deze bijlage staat:
de voortgang van de realisatie van de ambities en belangrijkste maatregelen uit de kwaliteitsagenda in 2024, gerelateerd aan de beoogde eindresultaten eind 2027 en met gebruikmaking van de indicatoren; met daarbij hoe de samenwerking met de samenwerkingspartners verloopt;
wat de uitkomst is van de jaarlijkse evaluatie en of op basis van de jaarlijkse evaluatie wordt bijgestuurd, en hoe.
Indicatie inzet van middelen en begroting Kwaliteitsagenda ROCvA-F 2024-2027.
Deel A. Realisatie ambities, maatregelen, indicatoren plus samenwerking partners
Doelstelling 1.1 Gelijkwaardige behandeling, versterken positie mbo-studenten gedurende looptijd KA |
Effectindicatoren: n.v.t. |
Aan het gelijkwaardig positioneren van mbo-studenten is een krachtige impuls gegeven; we liggen goed op schema. Via initiatieven zoals de Peer Academy, studentenarena’s en het Marine Terrein (proeftuin voor studenten en docenten) worden studenten actief betrokken bij besluitvorming en innovatie. De komende tijd richten we ons op de verdere versterking van studentenmedezeggenschap, onder andere door de professionalisering van KVO-coaches en het actief betrekken van studenten bij beleidsontwikkeling. Op het gebied van internationalisering ligt de focus op het vergroten van de buitenland-deelname van niveau 1 en 2 studenten. Daarnaast is het aanbod van tweetalige en Engelstalige opleidingen verder uitgebreid en geoptimaliseerd. We blijven ons richten op samenwerking met gemeenten en partners om deze initiatieven duurzaam te verankeren en gelijke kansen voor alle mbo-studenten te waarborgen. Stand van zaken belangrijkste maatregelen, die bijdragen aan de positionering van mbo-studenten en hen extra studiemogelijkheden geven:
|
Doelstelling 1.2: Versterken Studentenwelzijn, Veiligheid, Toegankelijkheid en Inclusie |
Effectindicatoren:
De beleefde veiligheid onder studenten is hoog en daarmee liggen we op schema. ROCvA-F boekt vooruitgang in sociale veiligheid en studentenwelzijn door integrale veiligheidsteams, een aangepast veiligheidsplan en scholing. De focus ligt verder op het versterken van samenwerkingen, zowel intern als extern, en het inzetten van digitale tools voor efficiëntere processen. Scholing en kennisdeling blijven essentieel. Daarnaast verbeteren we de monitoring en gegevenskwaliteit om veiligheid en welzijn effectief te waarborgen. Resultaat 1: Het ROCvA-F onderzocht middels de STO hoe studenten de sfeer op school ervaren. Recent is de vraagstelling van de STO aangepast om aan te sluiten bij die van JOB. In 2023-2024 gaf 93% van de studenten een score van 3, 4 of 5 op de vijfpuntschaal voor schoolveiligheid, waarbij 3 neutraal is en 4 en 5 als positief worden beschouwd. Van deze groep gaf 76% een score van 4 of 5, wat wijst op een uitgesproken positieve ervaring met de veiligheid op school. Resultaat 2: In de STO van 2024 is voor het eerst gevraagd naar de ervaren veiligheid binnen het leerbedrijf. Uit de resultaten blijkt dat 94% van de studenten een score van 3, 4 of 5 gaf op de vijfpuntschaal, waarbij 3 neutraal is en 4 en 5 als positief worden beschouwd. Van deze groep gaf 78% een score van 4 of 5, wat duidt op een uitgesproken positieve ervaring met de veiligheid binnen het leerbedrijf. |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
Doelstelling 1.3: Ondersteuning van studenten naar werk, afname vsv |
Effectindicatoren:
Het aandeel uitstromers vanuit Entree en niveau 2 dat een jaar na afstuderen werk heeft: Hier zijn regionale normen voor opgesteld.
De aantallen nieuwe voortijdig schoolverlaters per jaar daalt jaarlijks volgens het schema dat is opgenomen in figuur 37 in de KA.
Resultaat 1:
In onderstaand figuur wordt het aandeel uitstromers vanuit Entree en niveau 2 dat een jaar na afstuderen werk heeft weergegeven, uitgesplitst naar leerweg en opleidingsniveau. Het aandeel vsv’ers afkomstig van het ROCvA-F dat na een jaar nog aan het werk is ligt lager dan het landelijke gemiddelde. Om dit percentage te duiden heeft het ROCvA-F onderzocht hoeveel studenten na een jaar opnieuw zijn ingestroomd in een opleiding. Dat is voor BBL’ers hoger dan landelijk het geval is en voor BOL-studenten lager.
Schooljaar 21-22 (meest actueel) |
t2 aan het werk % |
t2 nog steeds vsv’er % |
t2 terug in onderwijs % |
|||
Instelling |
Niveau 1 |
Niveau 2 |
Niveau 1 |
Niveau 2 |
Niveau 1 |
Niveau 2 |
Landelijk |
29,06 |
45,43 |
59,54 |
41,79 |
11,41 |
12,79 |
BBL |
34,48 |
55,93 |
57,33 |
36,1 |
8,19 |
7,97 |
BOL |
23,64 |
34,92 |
61,75 |
47,47 |
14,62 |
17,61 |
ROCvA |
10,99 |
38,57 |
68,59 |
45,58 |
7,89 |
15,86 |
BBL |
-1 |
44 |
76,92 |
44,8 |
-1 |
11,2 |
BOL |
22,98 |
33,14 |
60,25 |
46,35 |
16,77 |
20,51 |
ROCvF |
8,12 |
16,78 |
28,81 |
22,23 |
11,57 |
9,5 |
BBL |
-1 |
-1 |
-1 |
-1 |
-1 |
-1 |
BOL |
17,24 |
34,55 |
58,62 |
45,45 |
24,14 |
20 |
Bron: dashboard vsv van DUO. In rijen met aantallen onder de vijf zijn de aantallen en percentages vervangen door '-1'.
Resultaat 2:
De definitieve resultaten op voortijdig schoolverlaten (vsv) van 2022-2023 bij ROCvA-F liggen boven het landelijke gemiddelde. De prognose voor 2023-2024 laat een dalende trend zien in het percentage vsv’ers op niveau 3 en 4, terwijl voor niveau 1 opnieuw een stijging wordt verwacht.
Dit komt mede door een groter aandeel jongeren in onze doelgroep die kampen met overbelasting en taalachterstanden.
Convenantjaar |
22-23 (definitief) |
23-24 voorlopig tot 1 december |
||||||
Niveau opleiding |
mbo 1 |
mbo 2 |
mbo 3 |
mbo4 |
mbo 1 |
mbo 2 |
mbo 3 |
mbo 4 |
ROC van Amsterdam |
24,5% |
12,1% |
6,9% |
6,3% |
26,9% |
14,2% |
6,5% |
5,8% |
ROC van Flevoland |
26,6% |
11,2% |
8,3% |
6,7% |
27,8% |
15,0% |
5,7% |
6,2% |
Landelijk |
24,2% |
11,4% |
5,4% |
4,5% |
nb |
nb |
nb |
nb |
Tabel: De definitieve resultaten op voortijdig schoolverlaten (vsv) van 2022-2023 bij ROCvA-F.
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
Professionalisering van docenten en begeleiders: De LECademy heeft het scholingsaanbod voor pedagogisch-didactisch handelen en coaching vernieuwd, met extra aandacht voor het mentaal welbevinden van studenten. Dit vernieuwde aanbod is vanaf 2024-2025 beschikbaar.
Kennisdeling en samenwerking voor studiesucces: Kennisdeling en samenwerking voor studiesucces: We hebben ingezet op kennisdeling en samenwerking door jaarlijkse bijeenkomsten en onderzoek naar uitval en effectieve interventies. Via het programma Iedereen binnenboord, dat gericht is op het voorkomen van voortijdig schoolverlaten, ondersteunen we studentengroepen en kwaliteitsoverleggen. Daarnaast zijn opleidingen gestart met gerichte interventies, zoals de uitnodigingsregel, waarbij studenten actief worden benaderd en nagebeld bij afwezigheid om hen betrokken te houden bij hun opleiding.
Inrichting van plusvoorzieningen: In elke regio zijn plusvoorzieningen ingericht voor jongeren met meervoudige problematiek, met intensieve begeleiding en maatwerkonderwijs. Voorbeelden hiervan zijn ROC op Maat in Amsterdam, de brede niveau 2-opleiding in Hilversum en Lelytalent in Flevoland.
Actieve participatie van studentenraden: Studentenraden (SR’en en CSR) nemen tussen 2024 en 2027 actief en gelijkwaardig deel aan het programma ‘Iedereen binnenboord’ en de themagroep Vitale Jongeren, met een structurele rol in beleidsvorming en implementatie.
Doelstelling 1.4 Verminderen laaggeletterdheid |
Effectindicatoren: n.v.t. |
De meeste doelstellingen zijn behaald, de implementatie van het taalportfolio staat gepland voor komend schooljaar. De samenwerking met gemeenten en andere partners blijft essentieel om de continuïteit en het succes van de projecten te waarborgen. Stand van zaken van de belangrijkste maatregelen:
|
Doelstelling 1.5 Tegengaan van stagediscriminatie met behulp van Stagepact |
Effectindicator: Het percentage studenten dat tevreden is over de begeleiding vanuit de instelling en vanuit het leerbedrijf (nog geen streefdoel, dit jaar nulmeting).
In 2023-2024 scoorde ROCvA-F relatief goed op stagebegeleiding. Toch blijft er ruimte voor verbetering. De prioriteiten liggen bij sturing op de naleving van stagegesprekken, versterking van de samenwerking binnen het Stagepact en communicatie over het meldpunt stagediscriminatie. Hoewel stagematching al onderdeel is van het Stagepact en wordt toegepast, is het belangrijk om te evalueren of deze aanpak effectief is in het vinden van geschikte stages en het verminderen van stagediscriminatie.
Resultaat: In de uitvraag is tot schooljaar 2022-2023 geen onderscheid gemaakt in de begeleiding vanuit de instelling en het leerbedrijf, of tijdens de stage of leerbaan. De komende jaren zal ROCvA-F dit onderscheid wel maken, net als bij de JOB-enquête. In 2023-2024 scoorde ROCvA-F relatief goed op stagebegeleiding.
2023 - 2024 |
% negatief |
% neutraal |
% positief |
Begeleiding vanuit instelling ROCvA-F |
15 |
30 |
55 |
Landelijk |
16 |
34 |
50 |
Begeleiding vanuit stage/leerbedrijf ROCvA-F |
22 |
27 |
51 |
Landelijk |
27 |
37 |
36 |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
Meldpunt Stagediscriminatie: Sinds 2023-2024 is een digitaal meldpunt beschikbaar op het Portaal voor Talent, bekendheid onder studenten en docenten blijft een aandachtspunt.
Melding aan SBB: Alle ontvangen meldingen worden sinds 2023-2024 doorgegeven aan SBB.
Scholingsaanbod: Gratis trainingen bestaan al sinds 2020/2021 via samenwerkingen met gemeente Amsterdam, Easy Solutions en MBO College Amsterdam Zuidoost. Mbo-colleges zijn hierover geïnformeerd.
Stagegesprekken: Drie verplichte gesprekken per stage zijn ingevoerd, een nulmeting in 2024 toont aan dat dit nog niet overal wordt gerealiseerd
Afspraken met Gemeenten: In april 2024 is het Amsterdams Stagepact ondertekend. Het ROCvA-F werkt samen met studenten, docenten, werknemers, werkgevers en overheden aan verdere aanpak.
Stagematching: Bij veel opleidingen worden eerstejaars studenten ondersteund bij het vinden van een stage. Stagematching is maatwerk; sommige studenten willen zelf een stage zoeken, anderen willen ondersteuning zonder directe koppeling aan een bedrijf.
Bijeenkomsten: Jaarlijks vinden zes bijeenkomsten plaats. Medewerkers krijgen tools om stagediscriminatie tegen te gaan en een inclusieve leeromgeving te bevorderen.
Doelstelling 1.6: Versterken van de beroepsgerichte vaardigheden en beheersing van Nederlands en rekenen |
Effectindicator: De tevredenheid van studenten over de lessen Nederlands en rekenen. (De doelwaarden worden in nauwe samenwerking met de CSR opgesteld).
De meeste doelstellingen zijn behaald of liggen op schema. Wel is verdere analyse nodig om te begrijpen waarom relatief meer studenten bij ROCvA-F de lessen taal en rekenen als negatief ervaren in vergelijking met het landelijke gemiddelde. ROCvA-F richt zich de komende periode op het verder versterken van taal- en rekenonderwijs, professionalisering van docenten en het bevorderen van leesplezier onder studenten. Belangrijke prioriteiten daarbij zijn het verder ontwikkelen en toegankelijk maken van onderwijs- en leermaterialen, zoals NT2- en rekenmodules, en het stimuleren van jaarlijks professioneel leren door docenten. Samenwerkingen met bibliotheken worden uitgebreid, met nieuwe afspraken in de MRA-regio en een evaluatie van pilots met de OBA. Daarnaast wordt praktijkgericht onderzoek naar taal- en rekenonderwijs versterkt via het Practoraat Gecijferdheid.
Resultaat: In vergelijking met de landelijke cijfers rapporteert een groter percentage studenten bij ROCvA-F negatieve ervaringen met de vakken Nederlandse taal en rekenen. Dit vraagt om een nadere analyse om de oorzaken hiervan te achterhalen.
% negatief |
% neutraal |
% positief |
|
Nederlands taal |
28 |
27 |
45 |
Landelijk |
17 |
37 |
46 |
Rekenen |
30 |
25 |
45 |
Landelijk |
22 |
35 |
43 |
Nederlands
89% van de studenten studeert in 2023-2024 af met een voldoende voor Nederlands. Dat percentage ligt dicht bij onze ambitie van 90%. We zien echter dat studenten niet in alle vaardigheden even goed zijn en ook dat het gemiddelde eindcijfer al sinds 2018 daalt. Landelijk zien we een daling van het gemiddelde cijfer voor het centraal examen. Het ministerie van OCW heeft een herijking van het Referentiekader Nederlandse taal in het mbo in gang gezet.
Rekenen
De resultaten die behaald zijn met de nieuwe examenregeling laten een grote verbetering zien: meer dan 80% van de studenten studeert in 2023-2024 af met een voldoende voor rekenen. Daarmee liggen we goed op koers richting onze ambitie. De ambitie is dat 90% van de studenten in 2027 afstudeert met minimaal een 5,5 voor rekenen.
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
Kennisdeling en professionalisering: Het Taal- en Rekenfestival zijn succesvol verlopen met groeiende deelname. Diverse trainingen en professionaliseringstrajecten versterken de vaardigheden van docenten en ondersteunen taal- en rekenonderwijs.
Samenwerking met OBA: Er is een overeenkomst met de OBA, inclusief gratis lidmaatschap voor studenten en pilots voor leesmotivatie in vijf opleidingen. Een leesconsulent begeleidt dit proces.
Onderwijs- en leermateriaal: Rekenprojecten worden gepubliceerd in Xerte, waardoor ze breed toegankelijk zijn. Twee NT2-modules zijn ontwikkeld en beschikbaar voor alle studenten, met verdere uitbreiding in ontwikkeling.
Onderzoek naar taal- en rekenonderwijs: Drie docent-onderzoekers hebben hun bevindingen gepresenteerd. Het Practoraat Gecijferdheid, gestart in 2024, faciliteert praktijkonderzoek samen met Aeres MBO en ROCvA-F.
Doelstelling 2.1 Duurzaam partnerschap in de omgeving (1.4) |
Effectindicatoren: 1. Succes in eerste jaar mbo (startersresultaat) ligt minstens op de norm. 2. Succes in eerste jaar hbo van studenten die doorstromen vanuit het mbo: Onze voormalige mbo-studenten in de maatschappelijke tekortsectoren blijft boven de 60% (uitgangsjaar is 20/21). De sector Woningbouw/Klimaat en energie is nu 50%. Deze sector blijft op minimaal 50%. (Juist in de Techniek wordt aan mbo-gediplomeerden banen aangeboden, wat stoppen met het hbo geen negatieve keuze maakt). De behaalde startersresultaten tonen vooruitgang in samenwerking tussen vo en mbo en doorlopende leerlijnen. Het succes in het eerst jaar hbo ligt voor de meeste sectoren rond de 80%. Alleen bij de sector Woningbouw wijkt ten negatieve dit af. Technische studenten hebben vaak goede arbeidsmarktkansen en kunnen met een mbo-diploma gemakkelijk een baan vinden met een redelijk salaris. dIn de toekomst, specifiek in 2026-2027, wordt onderzocht hoe de doorstroom tussen mavo, havo en mbo verder verbeterd kan worden, met concepten zoals de beroepshavo en On Board Almere. Resultaat 1: Het startersresultaat voor domeinen ICT, Techniek, Technologie & Mobiliteit en Zorg & Welzijn ligt alle schooljaren op of boven de norm ligt. Gemiddeld ligt het startersresultaat van het ROCvA-F op de norm in schooljaren 2018-2019 en 2021-2022 en boven de norm in schooljaren 2019-2020 en 2020-2021. ![]() Resultaat 2: Bij de door OCW aangewezen maatschappelijke tekortsectoren – Digitale transitie, Kinderopvang, Klimaat en Energie, Onderwijs, Veiligheid, Woningbouw en Zorg valt vooral op dat de sector Woningbouw minder afgestudeerden heeft op het hbo. ![]() Bij dit diagram ver studiesucces van mbo-gediplomeerden van ROCvA-F in het hbo 2018/2019 – 2020/2021 ontbreekt Veiligheid. Dit omdat de opleiding Veiligheid geen niveau 4 variant heeft en dus geen doorstroom heeft naar het hbo. |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
Het rapport Schoolverlaters in de G4 biedt inzicht in mbo-hbo-doorstroom, wat een gerichtere aanpak mogelijk maakt. Opties zoals doorstroomcoaches, het keuzedeel Doorstroom hbo en mentorenscholing worden overwogen.
|
Doelstelling 2.2 Aansluiting opleidingen op regionale maatschappelijke tekortsectoren (1.5) |
Effectindicatoren:
N.B. hier hebben we geen doelwaarden opgesteld, dit is een bewuste keuze. De instroom bij sommige van de benoemde maatschappelijke tekortsectoren hebben juist een groot aantal inschrijvingen, waarvan velen weer uitvallen. Het gaat dus vooral om goede voorlichting. Ook hebben we benoemd dat in onze regio alle sectoren maatschappelijke tekortsectoren zijn. De score op tevredenheid over de ondersteuning van de school bij de keuze voor verder leren of werken laat zien dat hier verbetering nodig is. Bij het diagram over de instroom zien we dat de instroom bij klimaat en energie, woningbouw en onderwijs vrij laag ligt. Het vervolg richt zich op het verder ontwikkelen van tools zoals Flexx, het creëren van een herkenbaar alumniplatform en het waarborgen van de interne en externe zichtbaarheid van het LLO-aanbod. Met deze initiatieven zet ROCvA-F zich in voor een betere instroom van studenten, ook in maatschappelijke tekortsectoren. De versterkte visie op LOB en effectieve oriëntatieprogramma’s helpen studenten om zich beter voor te bereiden op hun toekomstige loopbaan. Resultaat 1: Onze STO heeft vorig schooljaar voor het eerst gemeten in hoeverre studenten positief zijn over de hulp van school bij de keuze over verder leren of werken. Ons doel is dat dit percentage stijgt, vanaf komend jaar hebben we vergelijkingsmateriaal. De score op deze nieuwe vraag is: 35.9% is niet tevreden, 21.5% neutraal en 42.6% is tevreden of zeer tevreden. Met deze score zien we dat we op dit onderwerp moeten verbeteren. Resultaat 2: Bij de instroom in de maatschappelijke tekortsectoren zien we een wisselend beeld. De sectoren zorg en onderwijs laten een lichte daling zien ten opzichte van voorgaande jaren, terwijl de instroom in de sector digitale transitie stabiel blijft. Daarentegen is in de sectoren klimaat en energie en veiligheid sprake van een toename in het aantal instromende studenten. De instroom in de kinderopvang en woningbouw blijft relatief constant over de jaren heen. ![]() |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
Doelstelling 2.3 Vergroten aanbod van om- en bijscholing in de regio op maat |
Effectindicator: Beschrijving van het aanbod aan maatwerkopleidingen (kwalitatieve indicator): • Binnen welke opleidingsdomeinen en leerwegen er maatwerkopleidingen beschikbaar zijn • Voor welke doelgroepen maatwerkopleidingen beschikbaar zijn Hiervoor zijn geen doelwaarden gesteld. De flexibilisering en modularisering van het onderwijs nemen steeds verder toe, en het BBL-aanbod is de afgelopen jaren sterk uitgebreid. Daarnaast is een solide basis gelegd voor Leven Lang Ontwikkelen (LLO) en de samenwerking met alumni. Met de doorontwikkeling van Flexx ondersteunen we flexibel en modulair onderwijs, waardoor studenten meer regie krijgen over hun studieroute. Het BBL-aanbod wordt jaarlijks afgestemd op de behoeften in maatschappelijke tekortsectoren, terwijl ons LLO-aanbod blijft groeien, met een sterke focus op samenwerking met partners en zichtbaarheid via platforms zoals MBO Next. Ook de banden met alumni worden versterkt. Het nieuwe alumnibeleidsplan zorgt voor structureel overleg en nauwere samenwerking met het werkveld. In de komende periode ligt de focus op het verder flexibiliseren van onderwijs, het vraaggestuurd inrichten van ons aanbod en de uitvoering van het alumnibeleid. Resultaat: Maatwerk heeft bij ROCvA-F vele vormen. Het voert te ver om alle trajecten op te sommen. Daarom beschrijven we hieronder voor welke doelgroepen we maatwerktrajecten hebben:
Deze trajecten zijn in vrijwel alle domeinen te vinden. Ook werken we met verschillende instroommomenten. Ook wordt gewerkt met oriëntatieprogramma’s. |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
Doelstelling 2.4 Verder ontwikkelen burgerschapsonderwijs |
Effectindicatoren: n.v.t. |
In 2024 zijn belangrijke stappen gezet om het burgerschapsonderwijs te versterken. Er is een instellingsbrede visie opgesteld en een scholingstraject voor docenten gestart. Hoewel het bekwaamheidsprofiel nog in ontwikkeling is, zijn de eerste professionaliseringsstappen gezet. Burgerschap is meegenomen in de thema-audit, die laat zien dat mbo-colleges actief werken aan de kwaliteit van algemene vaardigheden. Het vak wordt op diverse en creatieve manieren ingevuld, wat bijdraagt aan een rijke leerervaring. ROCvA-F blijft zich inzetten voor een sterke en consistente invulling van burgerschapsonderwijs Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
Doelstelling 2.5 Duurzame inzetbaarheid medewerkers/ vitaliteit teams en pedagogisch meesterschap |
Effectindicatoren::
Onze resultaten laten zien dat we op de goede weg zijn met onze inspanningen om de werkbeleving en ontwikkelingsmogelijkheden voor ons onderwijspersoneel te verbeteren. De prioriteiten zijn het verankeren van de onboarding- en sociale veiligheidsprogramma’s en de volledige implementatie van het werkdrukplan. Resultaten:
|
Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
3.1 Onderzoek en innovatie |
Effectindicatoren: Intensivering van bestaande practoraten dan wel oprichting van nieuwe practoraten ROCvA-F zet de komende periode in op het versterken van monitoring en evidence-based werken door duidelijke kaders te ontwikkelen voor datagebruik en kennisdeling over practoraten. Professionalisering blijft een aandachtspunt: We moeten kijken wat de behoefte binnen de organisatie is aan scholing o.g.v. werken met data. Studenten blijven actief betrokken bij practoraten. Resultaat: zie jaarverslag paragraaf 2.3 |
Stand van zaken belangrijkste maatregelen: Visie onderzoek en innovatie binnen ROCvA-F (vanaf 2023-2024): ROCvA-F heeft een heldere koers bepaald voor practoraten: bestaande initiatieven worden versterkt en nieuwe worden opgezet. Kennisdeling is verplicht en studenten spelen een actieve rol, soms als mede-onderzoekers. Daarnaast zijn er diverse kennisnetwerken ontstaan, zowel rond vaste thema’s als inclusie en duurzaamheid, als op basis van actuele vraagstukken zoals Nieuwe Studentenrollen en Challenge Based Learning. Evaluatie kennisdeling (vanaf 2023-2024): Om kennis breed te delen, worden kennishubs vier keer per jaar georganiseerd. De eerste mondelingen evaluaties tonen positieve reacties. Uitbreiding kennisnetwerken (voor 2027): Het verhogen van het aantal netwerken is geen doel op zich; relevantie en dynamiek staan voorop. Dit doel vervalt daarmee. Professionalisering in datagebruik (vanaf 2024-2025): Op het gebied van data-analyse groeit het scholingsaanbod via ROCWise, met trainingen in Qlik Sense en andere analysetools. Studentenparticipatie in practoraten (voor 2027): Studentenparticipatie in practoraten is inmiddels goed ingebed in de werkwijze. |
Doelstelling 3.2 Excellentiemogelijkheden studenten |
Effectindicatoren: n.v.t. |
Er is steeds meer sprake van inbedding van excellentiemogelijkheden in het curriculum, verhoging van de zichtbaarheid en impact van excellentietrajecten en het relevanter maken van onderzoek door studenten te betrekken. Stand van zaken belangrijkste maatregelen:
|
Deel B. Jaarlijkse evaluaties
Interne stakeholders
Externe stakeholders
1. Verslag leerpunten interne Stakeholder Reflectiebijeenkomst Kwaliteitsagenda 2024-2027
Inleiding
Op 4 december 2024 vond een interne reflectiebijeenkomst plaats over de Kwaliteitsagenda 2024-2027. Hierin werd, samen met de Centrale Studentenraad (CSR), de Ondernemingsraad (OR) en een manager van een Loopbaan Expertisecentrum, gereflecteerd op twee cruciale thema’s: studentenwelzijn en sociale veiligheid.
De bijeenkomst bood inzicht in de resultaten van het Studenttevredenheidsonderzoek (STO) en hoe deze zich verhouden tot de ervaringen en ideeën van studenten. Het studentenperspectief stond centraal, met als doel verbeterkansen te identificeren en samenwerking te versterken. De opbrengsten van deze sessie vormen input voor verdere beleidsontwikkeling en het gesprek met OCW dat op dezelfde dag plaatsvond.
Deelnemers
Drie afgevaardigden van de Centrale Studentenraad en hun coach
Vier afgevaardigden van de Ondernemingsraad
Manager van een Loopbaan Expertisecentrum
Bestuurslid (Gaby Allard)
Beleidsadviseurs COB
Gespreksonderwerpen
Sociale Veiligheid
Vrije uitwisseling vraagt om voortdurende dialoog, docentenscholing en de inzet van straatcoaches voor laagdrempelig contact.Studentenwelzijn
Studentenwelzijn wordt beïnvloed door thuis, school en werk; spanningen hiertussen veroorzaken stress. Werkende maatregelen, zoals nabellen bij absentie, moeten in beleid worden verankerd.
Vervolgstappen
Onderzoeken mogelijkheden van studentenarena’s als dialoogplatform
Verkennen brede inzet van straatcoaches
Schoolomgeving afstemmen op invloed van thuis- en werksituaties
Structurele gesprekken voeren over studentwelzijn met studenten en docenten
2. Verslag leerpunten externe Stakeholder Reflectiebijeenkomst Kwaliteitsagenda 2024-2027
Op 18 maart 2025 vond er een gesprek plaats over maatschappelijke tekortsectoren met studenten en medewerkers externe bedrijven. Aanleiding is de toenemende druk vanuit de politiek en het bedrijfsleven om mbo-studenten te stimuleren voor maatschappelijke tekortsectoren zoals zorg en techniek. Tegelijkertijd is er een algemene krapte op de arbeidsmarkt, niet alleen in deze sectoren. Studenten kiezen vaak al vroeg een richting en de keuzevrijheid en motivatie spelen een grote rol in het studiesucces. Bovendien stromen veel mbo-studenten door naar het hbo in plaats van direct de arbeidsmarkt te betreden.
Deelnemers
Vijf studenten: Twee afgevaardigden van de Centrale Studentenraad, twee deelnemers aan het oriëntatietraject I-zone en een ex-ROCvA-F student (HBO student)
Zes medewerkers externe bedrijven: Gemeente Amsterdam, Ministerie van Defensie, Babilou Kinderopvang, Amsta, Hogeschool van Amsterdam en Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG)
Bestuurslid ROCvA-F (Gaby Allard)
Beleidsadviseurs COB
Gespreksonderwerpen:
Het belang van een vroege studiekeuze door studenten
De beeldvorming over beroepen in verhouding tot de praktijk
De rol van bedrijfsbezoeken, stages en hybride docenten in het versterken van de praktijkkoppeling
Young professionals-groepen als middel om de binding met werkgevers te versterken
BBL-opleidingen die leren combineren met werken en inkomen
Hoe mbo studenten te enthousiasmeren voor tekortsectoren, zonder hen te sturen
Vervolgstappen:
Onderzoeken hoe samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven verder te versterken
Stimuleren praktijkgerichte modules en gastcolleges
Onderzoeken bredere oriëntatie binnen opleidingen; flexibele routes met latere specialisatie
Stimuleren flexibiliteit in opleidingen via modulaire leertrajecten
Deel C: Indicatie inzet van middelen en begroting Kwaliteitsagenda ROCvA-F 2024-2027

De indicatieve inzet van middelen en begroting volgt de opzet vanuit de ingediende Kwaliteitsagenda. Het geeft de indicatie weer van de inzet van de middelen over de doelstellingen van de KA, gecombineerd voor de instellingen ROCvA, ROCvF en ROC TOP. Met de indicatieve inzet voor de resterende jaren 2025-2027 verwachten wij de doelstellingen van de KA zoals hiervoor toegelicht te realiseren.
Goede vorderingen worden gemaakt in de realisatie van de ambities op de thema’s. Daar waar de meetbare effecten vooralsnog enigszins achterblijven, zijn de initiatieven geïnitieerd om de ambities te realiseren. Bij aanvang van de KA heeft het ROCvA-F het uitgangspunt aangehouden dat bijstelling van de inzet van middelen overwogen wordt, indien de voortgang van de inhoudelijke plannen daartoe aanleiding geeft. Gezien de huidige ontwikkelingen van de initiatieven en effecten, is vooralsnog geen aanleiding de indicatieve inzet van middelen over de thema’s aan te bij te stellen.
De indicatieve inzet van middelen in 2024 (€ 75,2 miljoen) is conform de oorspronkelijke begroting in de ingediende KA. De middelen in 2025 (€ 76,0 miljoen) zijn aangepast op basis van de financiële begroting en beschikkingen van de beschikbaar gestelde middelen. De jaren 2026 en 2027 ontwikkelen naar verwachting in lijn met de ontwikkeling van de studentenaantallen t-2. De lichte stijging van de studentenaantallen vergt naar verwachting een evenredige stijging van de inzet van middelen om de ambities in de komende jaren te realiseren.
De indicatieve budgetverdeling over de doelstellingen volgt voor een belangrijk deel uit de beschikbare gestelde regelingen en de gerelateerde doelstellingen. Relatief veel middelen worden naar verwachting besteed aan doelstelling 1.3 Ondersteuning van studenten naar werk en afname vsv als gevolg van de formatieve inzet ten behoeve van extra begeleiding, kleinere klassen en een passend niveau 2 opleidingsaanbod. De oorspronkelijke niveau 2 middelen vanuit de KA regeling zijn aan deze doelstelling toegewezen, alsmede een deel van de middelen van Nazorg en Begeleiding.
Ook de uitwerking van doelstelling 3.3 Duurzame inzetbaarheid medewerkers/vitaliteit teams en pedagogisch meesterschap gaat gepaard met relatief hoge personele inzet en lasten. De beschikbare middelen van het carrièreperspectief en gedeeltelijk vanuit de LOB-regeling en Professionalisering worden structureel ingezet ter verlaging van de werkdruk, optimalisering van de inschaling van de docenten, het begeleiden van (startende) docenten en professionalisering. Wij hechten groot belang aan continuering van de substantiële verhoging van het aandeel LC-LD docenten, vanuit zowel onderwijsperspectief als aantrekkelijk werkgeverschap. Om onze ambitie te kunnen verwezenlijken zetten wij hierop aanvullende middelen in uit het reguliere deel van de kwaliteitsagenda gelden. Doelstelling 3.4 Onderzoek en innovatie is nauw verbonden met de beschikbaar gestelde middelen vanuit de KA regeling, onderdeel Practoraten.